Kijk verder dan je neus lang is
Bij het schrijven van deze column zie ik nog steeds verwoestende beelden en het vreselijke leed als gevolg van de aardbevingen in Turkije en Syrië. Het dodental loopt nog iedere dag op en miljoenen mensen zijn van huis en haard verdreven. Daarnaast duurt de oorlog in de Oekraïne voort. Net voor het verschijnen van dit magazine is het alweer een jaar geleden dat Rusland de Oekraïne binnenviel. En het einde van deze oorlog lijkt nog niet in zicht. De onrust in de wereld zal van alle tijden zijn, net zoals mensen naarstig op zoek naar voedsel. En Nederland? Nederland is vooral met zichzelf bezig.
Vanwege de oorlog, de ontwrichting als gevolg van de aardbevingen in Turkije en Syrië, de geopolitieke spanningen zou je denken dat Nederland verder kijkt dan haar neus lang is. Nederland heeft een belangrijke troef in handen. Ze excelleert in de productie van hoogwaardig voedsel en beheerst de benodigde kennis om dit op een duurzame manier te doen. Maar niets is minder waar. Het kabinet en een aantal politieke partijen hebben zich teruggetrokken in de achtertuin. Er wordt gewerkt aan een Landbouwakkoord, een convenant Dierwaardige veehouderij en de (aankondiging van) verboden en geboden blijven ons om de oren vliegen waarbij er geen rekenschap wordt gegeven van wat er elders in de wereld aan de hand is.
Roepende in de woestijn
Rob de Wijk, veiligheidsexpert en directeur van het Centrum voor Strategische Studies in Den Haag, pleit al jaren voor een grotere rol voor Nederland in het internationale voedselsysteem. De Nederlandse boer en de hele agrosector kan, als een van de weinige sectoren in Europa, wereldwijd het verschil maken. Maar hij is een roepende in de woestijn. De sector dreigt ten onder te gaan aan de toenemende regeldruk en het internationale ongelijke speelveld. De Wijk spreekt over geopolitieke gevaren als Nederland de verkeerde keuzes maakt.
Dat die gevaren op de loer liggen is zo klaar als een klontje. De voedsel- en landbouworganisatie van de Verenigde Naties stelt dat tot 2050 de voedselproductie in de wereld met 70% moet toenemen om alle monden te kunnen blijven voeden. De vraag naar landbouwproducten zoals vlees, melk, eieren en groenten zal explosief blijven groeien. Maar de huidige politieke koers is erop gericht om onze vruchtbare landbouwgrond op te offeren voor natuur en stad. Dat wat overblijft krijgt te maken met steeds strengere en onwerkbare regels. Nederland prijst zich Europees ook nog eens uit de markt met haar voortrekkersrol op dierenwelzijn. Het door de minister gewenste verbod op langeafstandstransporten en het hanteren van lagere temperaturen bij het vervoer van het vee is daarvan een pijnlijk voorbeeld. Steeds strengere regels in plaats van een adequate handhaving op bestaande regels in heel Europa.
Nederland is gelukkig nog steeds in trek. Verschillende landen zien wat onze agrosector te bieden heeft. Hoogwaardig vee, kennis, machines en innovaties. Het hoog aangeschreven fokvee vindt haar weg naar landen binnen en buiten Europa. Landen waar fors geïnvesteerd wordt in de veestapel om de voedselvoorziening op een hoger niveau te brengen en daarmee de zelfvoorzienendheid van het land. In de gebieden waar nu grote onrust heerst zal dat een eerste stap zijn in het herstel. De transporten naar deze landen vinden plaats onder strenge regels zodat het vee de nieuwe bestemming in een goede conditie bereikt. Dat is immers onderdeel van de deal. Een verstandige keuze. Want we weten allemaal dat het ontbreken van voldoende voedsel een belangrijke oorzaak is van opstanden en oorlogen.
Jammer dat onze regering niet verder kijkt. Het strategisch belang van voedselproductie wordt door de politiek onderschat. Ze kunnen niet zeggen dat ze niet gewaarschuwd zijn. Steeds meer mensen spreken hun zorg uit. En wij? Wij blijven knokken. Naast het economisch belang en de werkgelegenheid zie ik het als een morele verplichting, met alle onrust in de wereld, te zorgen dat wij ons steentje bijdragen aan een betere wereld met voldoende voedsel voor iedereen. En dat betekent dat je verder moet kijken dan je eigen achtertuin. Dat betekent investeren, ook in landen die niet naast de deur liggen.