Veeman-vakman (m/v)
Vakman is een term die vaak gebruikt wordt om iemand te omschrijven die uitblinkt in zijn of haar vakgebied. Een vakman heeft vaak jarenlange ervaring en kennis opgebouwd en is in staat om goed werk af te leveren. Maar wat maakt iemand nou een echte vakman? Is het alleen de kennis en ervaring of komt er meer bij kijken?
Een vakman is iemand die passie heeft voor zijn of haar vak. Het is iemand die elke dag met plezier het beste uit zichzelf haalt en streeft naar perfectie. Het gaat niet alleen om het resultaat, maar ook om het proces. Een vakman geniet van elke stap die genomen wordt om tot het gewenste eindresultaat te komen. Een vakman is ook iemand die openstaat voor nieuwe ontwikkelingen en bereid is om te blijven leren. Het vakgebied verandert continu en het is belangrijk om hierop in te spelen. Een vakman is nieuwsgierig en staat open voor nieuwe ideeën en technieken.
Ik denk dat vele van ons zich herkennen in bovenstaande. En ik durf de stelling aan dat vele van ons dat vakmanschap nastreven. Je continue ontwikkelen en het beste uit jezelf en je mensen halen. Een sterk verantwoordelijkheidsgevoel. De drang om een goed resultaat en goede prijs te leveren en daarmee trots te kunnen zijn op het vak. Een vak dat vaak weer doorgegeven wordt aan de nieuwe generatie.
Om als vakman uit de verf te komen is de rol van de overheid een cruciale. We merken steeds vaker dat het juist de overheid is die in de weg loopt en belemmeringen veroorzaakt. Dat begint met de bureaucratie. Die maakt dat het proces om een vergunning voor je bedrijf te verkrijgen door al het papierwerk en alle procedures die doorlopen moeten worden erg tijdrovend en frustrerend zijn. Overheden wijzen al snel naar elkaar. Er gebeurt te weinig om deze bureaucratie te bestrijden.
De regeldruk is een andere vorm van het in de weg lopen door de overheid. Er wordt continue gegrepen naar extra regels in plaats van te kijken wat het echte probleem is dat je wilt oplossen. Vaak zorgen extra regels ook nog eens voor ongewenste gevolgen. De verhoging van de transportleeftijd voor kalveren naar 28-dagen is zo een voorbeeld. Eerst een verhoging aankondigen en waarschijnlijk op niet al te lange tijd invoeren. Om daarna pas naar de gevolgen van deze maatregel te kijken.
Het in Europa willen pleiten voor een verlaging van de maximumtemperatuur voor het vervoer van dieren naar 30 graden zal weinig gezondheidswinst opleveren als je niet eerst een strikte handhaving van de bestaande regels regelt voor landen die het niet zo nauw nemen. Als het onze overheid gaat om dierenwelzijnswinst zou je denken dat men daar vol op inzet. Of neem de piekbelastersregeling. Deze regeling moet ervoor zorgen dat de piekbelasters in en rond de Natura 2000 gebieden gaan stoppen. De regeling is nu zo ingericht dat de piekbelaster met verouderde stallen moet afhaken. Allemaal voorbeelden die een andere uitkomst zouden hebben als de overheid het gesprek met de sector aan zou gaan.
Ik hoop dat het geen onwil is van de overheid dat ze niet wil luisteren naar mensen uit de praktijk. Hoe vaak onze organisatie zich de afgelopen maanden heeft moeten roeren om mee te praten over zaken die ons als vee-logistieke sector raken. De overheid is er om het algemeen belang te dienen maar in de praktijk zijn ze ver verwijderd van de realiteit van het dagelijkse leven en de zorgen die er zijn. Zonder goed overleg worden de zorgen niet gehoord en mist de overheid de kennis van de vakmensen. We hebben gezien dat het negeren van de stem van het volk kan leiden tot ontevredenheid en frustratie. Dat zal uiteindelijk leiden tot weerstand tegen het beleid. Daar is niemand bij gebaat. Ook de overheid niet.
Een goed Twents gezegde is ‘Ie löp mie nog nie in de weg’. Dan bedoel je ‘ik hou van jou’. Dat is richting de overheid een stap te ver. Ik zeg liever ‘Ie löp mie in de weg’ maar laten we op inhoud elkaar vinden en eerst een goed gesprek hebben alvorens er allerlei regelgeving op ons afkomt. De overheid is ook van ons.